ABC

Oudenaarde, Edelareberg

Toen zowat driekwart eeuw na de lijkstoet van haar betovergrootvader Filips de Stoute ook Maria van Bourgondië de Edelareberg beklom – ze was op weg naar Oudenaarde voor haar Blijde Intrede – vond op de top van de heuvel een eerste ceremonie plaats.

De legende wil namelijk dat de Heilige Maagd bij een kersenboom was verschenen. In ieder geval werd in 1452 een Mariabeeld opgehangen in een boom. Drie jaar later voltrok zich al een eerste mirakel, en ontstond de gewoonte om in de meimaand buiten de mis op te dragen. In 1460 verrees de eerste kapel, wat het aantal mirakels een duw in de rug gaf.

De kapel werd in de zestiende eeuw vergroot, maar brandde in 1961 tot op de grond af. Vervolgens verscheen een monumentale betonnen kapel van architect Juliaan Lampens, een opmerkelijk voorbeeld van brutalisme, een architectuurstroming waarbij men gebruik maakt van ruwe betonplaten. In dit onneembare schrijn bewaart men het oorspronkelijke laatgotische polychroom Mariabeeldje (1400-1440) dat Maria van Bourgondië bij haar Intrede heeft gezien. Het « Soete Jezuskind » dat de Heilige Maagd in haar armen draagt is in de loop der eeuwen wel zijn hoofd kwijtgespeeld.

(Volgens sommige specialisten zouden de Gentenaars in 1452 de Dulle Griet op diezelfde Edelareberg hebben opgesteld, anderen betwisten dit).